de hals

Voor het fretten van de hals wordt vislijn gebruikt van 0,405 mm voor de eerste zeven frets en 0,370 mm voor de overige frets.

Voor de eerste 7 frets worden 4 slagen rond de hals gelegd en gekruist onder de slagen. Voor de overige frets worden 3 slagen gelegd.

In de 2 uiteinden van de fretdraad wordt een achtknoop gelegd

en aangetrokken.

De hals van de saz telt 5 extra frets per octaaf voor de kwart tonen.

In een vorig stadium (voor het plaatsen van het klankbord) wordt een gaatje van 3 mm door het blokje voor de bodemkam en door de saz body geboord, voor een 3 mm deuvel die beide onderdelen gaat verbinden.

Met zaag en boor wordt de bodemkam vorm gegeven.

De bodemkam wordt gelijmd met warme huidenlijm en op de juiste plaats gefixeerd met afplakband tot de lijm uitgehard is. Een klem plaatsen is niet mogelijk en hoeft eigenlijk ook niet met warme huidenlijm op voorwaarde dat de te lijmen oppervlakken nauw aansluiten.

Voor de randinleg en binding wordt een rabat in 2 fazen gefreesd.

De op voorhand gebogen randinleg en binding worden gelijmd met warme huidenlijm, naverwarmd en op hun plaats gehouden met afplakband tot de lijm uitgehard is.

Randinleg en binding na trimmen.

Warme huidenlijm wordt aangebracht op de rand van de body; het klankbord wordt gepositioneerd en vastgelegd met afplakband. Vervolgens wordt de rand naverwarmd met de heteluchtblaser en de afplakband opnieuw aangespannen.

Eerst worden de zijkanten van de hals afgeschuind onder een hoek van 7,5 graden; met dit doel wordt een markering aangebracht op de onderkant van de hals. Afwerking met guts, schaaf en spookschaafje.

Twee primaire facetten worden afgetekend; afwerking met guts, schaaf, spookschaafje en schraapstaal.

Vier secundaire facetten worden afgetekend; afwerking met spookschaafjes en schraapstaal.

Verdere afwerking met vijl en schuurblok.

Tenslotte wordt er aan de baskant een groef aangebracht die het ons later makkelijker moet maken wanneer wij de frets gaan binden.

De opening van het klankgat wordt voorgeboord

en uitgeruimd met zaag, rasp en vijl tot de klankgatklep past.